Over de hele wereld is men het erover eens dat we circulariteit een grotere rol moeten geven om als samenleving binnen de grenzen van onze planeet te leven en ook in de toekomst economische groei te realiseren. De Europese Commissie (EC) stelt voor om digitale productpaspoorten (DPP's) te implementeren om transparantie te creëren en circulariteit mogelijk te maken. Met zo'n paspoort kunnen product- en traceerbaarheidsgegevens gedurende de hele levenscyclus van een product worden uitgewisseld.
Meer informatie over de ontwerpverordening van de EC inzake DPP's wordt in december van dit jaar gepubliceerd. De definitieve goedkeuring wordt verwacht in 2024, en de implementatie voor de eerste productgroepen staat gepland voor 2026/7. Zodra de verordening van kracht is, moet elk merk dat een product wil verkopen in de EU (ook online) hieraan voldoen. Op veel punten, zoals de reikwijdte, de technologie en de gegevensvereisten, is de ontwerpverordening echter nog niet volledig uitgewerkt.
Desondanks – of misschien juist om deze reden – kunnen organisaties het zich niet veroorloven om te wachten. Als u in een vroeg stadium zorgt voor transparantie zoals nodig voor DPP's, bent u voorbereid op de komende regelgeving en ondersteunt u maatregelen op macroniveau om economische groei los te koppelen van grondstofwinning, afvalstromen en CO2-emissies. Lee Metters, Group Business Development Director bij Domino Printing Sciences , geeft aan wat de invoering van DPP's betekent voor bedrijven en waar u moet beginnen om de ontwikkelingen een stap voor te blijven.
Wat is het digitale productpaspoort?
Met de beoogde introductie van een digitaal productpaspoort kunnen productgegevens gedurende de hele levenscyclus van een product worden verzameld en gedeeld. Zo kan inzichtelijk worden gemaakt hoe duurzaam, milieuvriendelijk en recyclebaar het product is. Een DPP is in de kern een productspecifieke gegevensset waarmee op gestructureerde wijze zowel wettelijk verplichte als vrijwillig daarvoor aangemerkte informatie openbaar wordt gemaakt. Het paspoort kan consumenten en andere partijen die betrokken zijn bij de levenscyclus van een product informeren over de herkomst, samenstelling, reparatie- en demontagemogelijkheden en opties voor recycling van de verschillende onderdelen. De Europese Commissie stelt voor om DPP's toe te passen om de circulaire economie, decarbonisatie en duurzaamheid te ondersteunen en om transparanter te werken door productinformatie in de hele waardeketen beschikbaar te maken. Na de invoering speelt het DPP een rol bij verdere handhaving van wettelijke voorschriften, onder meer inzake uitgebreide producentenverantwoordelijkheid.
In eerste instantie richt de EU zich op DPP's voor:
- Duurzame batterijen
- Verpakkingen en verpakkingsafval
- Bouwproducten
- Kritieke grondstoffen
- Detergentia en oppervlakteactieve stoffen
- Veiligheid van speelgoed
Er zijn momenteel diverse Europese verordeningen van kracht die het gebruik van DPP's op deze gebieden ondersteunen, waaronder:
- Verordening inzake ecologisch ontwerp voor duurzame producten (ESPR): Het voorstel is gepubliceerd op 30 maart 2022 en betreft de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van vereisten inzake ecologisch ontwerp voor specifieke productgroepen (met uitzondering van levensmiddelen en diervoeders) om hun circulariteit, energieprestaties en andere milieuduurzaamheidsaspecten aanzienlijk te verbeteren. Wanneer de verordening eenmaal van kracht is, mogen producten die niet aan de vereisten voldoen, zoals wegwerp-vapes, niet meer op de markt worden gebracht.
- Verordening bouwproducten (CPR):Dit betreft normen voor de functionaliteit, veiligheid en milieubelasting van bouwproducten in de EU. Denk aan de goedkeuring van bouwprojecten met een innovatieve duurzaamheidsaanpak, omdat kan worden aangetoond dat CO2 over de hele levenscyclus wordt aangepakt en circulariteit wordt bevorderd.
- (Nieuwe) Europese Batterijenverordening: Geeft voorschriften voor de gehele levenscyclus van batterijen – van productie tot hergebruik en recycling – en zorgt ervoor dat ze veilig, duurzaam en concurrerend zijn. Deze verordening maakt een einde aan de vele branden die momenteel plaatsvinden in vuilniswagens en afvalverwerkingscentra door de afvoer van batterijen met het huishoudelijk afval.
Hoewel het DPP nog in ontwikkeling is, biedt het bedrijven duidelijk voordelen om er al vroeg mee aan de slag te gaan: meer consumentenvertrouwen, betere naleving van wet- en regelgeving, meer zichtbaarheid en traceerbaarheid van producten, en meer betrokkenheid bij wereldwijde duurzaamheidsdoelen.
Het Europese consortium dat het digitale productpaspoort ontwikkelt (CIRPASS) treft de nodige voorbereidingen voor pilots en geleidelijke invoering van DPP's in Europa.
Wat kan er allemaal in een DPP worden opgenomen?
Aangezien de verordening nog in de ontwerpfase verkeert, blijft het speculeren over de definitieve gegevensvereisten voor DPP's. Toch is het vrijwel zeker dat een digitaal paspoort de volgende elementen zal bevatten:
- Basisgegevens van het product, zoals naam, gewicht, batchnummer, productiedatum en -locatie en garantiespecificaties;
- Materiaalgegevens, waaronder de herkomst van grondstoffen en onderdelen, welke leveranciers betrokken zijn bij het toeleveringsproces, certificeringen voor de herkomst van ingrediënten (bijv. duurzame palmolie), het percentage gerecycled materiaal;
- Traceerbaarheidsgegevens: productgeschiedenis, controlemechanisme, gegevens over huidige en eerdere eigenaren (met name voor producten met een lange levensduur die doorverkocht kunnen worden);
- Reparatie- en recyclinggegevens: informatie over de algemene repareerbaarheid van het product, plus specifieke reparaties en instructies voor verwijdering aan het einde van de levensduur. Dergelijke gegevens kunnen van belang zijn voor fabrikanten die te maken hebben met garanties, reparatiebedrijven en recyclingcentra;
- Duurzaamheidsgegevens, zoals de CO2-voetafdruk, het waterverbruik en de afgelegde land-/zee-/luchtkilometers van een product.
Toegang tot deze gegevens geeft consumenten de mogelijkheid om de ingrediënten en CO2-emissies van producten in de schappen van de supermarkt te vergelijken, of andere informatie die voor hen persoonlijk of voor hun leefstijl van belang is, zodat ze een weloverwogen keuze kunnen maken. Het digitale paspoort kan informatie bevatten over retourzendingen, contactgegevens van de fabrikant of instructies voor bereiding van het product en voor recycling van de verpakking. Dit laatste is met name relevant als we bedenken dat 91% van al het plastic afval nog steeds niet gerecycled wordt door consumenten en voor een groot deel op stortplaatsen terechtkomt.
Ook bedrijven hebben baat bij het digitale productpaspoort. Fabrikanten kunnen makkelijker de bron van storingen of problemen achterhalen en waarschuwingen genereren voor andere producten die mogelijk een vergelijkbaar probleem hebben. Aan het einde van de levensduur kan aan de hand van het DPP een beeld worden gevormd van de hoeveelheid afval die wordt gegenereerd door een specifiek product, een productassortiment of een fabrikant. Dat geeft handvatten om afval bij de bron aan te pakken en positief bij te dragen aan duurzaamheids- en Net Zero-doelstellingen.
Gebruik van het digitale productpaspoort
Fabrikanten kunnen het zich waarschijnlijk niet veroorloven om pas met DPP's aan de slag te gaan nadat de ontwerpverordening is vastgesteld. Voor alle productinformatie in de DPP's moet er een database worden opgezet, met aparte codes die verwijzen naar informatie over individuele producten. De industrie werkt al aan een systeem dat dit mogelijk maakt, waarbij de nadruk ligt op open-source oplossingen om samenwerking, consistentie en beste praktijken te stimuleren. Dat maakt het makkelijker om in te spelen op bestaande en nieuwe wet- en regelgeving.
Een naadloos aansluitende en wereldwijd erkende oplossing is de GS1 Digital Link. Deze 'barcode-met-internet' werd geïntroduceerd als manier om met één enkele barcode toegang te geven tot digitale informatie over een product. In tegenstelling tot een URL, die meestal verwijst naar één specifieke website, kan de GS1 Digital Link ook uiteenlopende business-to-business en business-to-consumer informatie bevatten. Dat maakt het bij uitstek geschikt voor toepassingen binnen het digitale productpaspoort, niet in de laatste plaats omdat er veel overlap van gegevens is. Voorbeelden zijn traceerbaarheid van de leveringsketen, herkomst van producten, API's van zakenpartners en patiëntveiligheidsinformatie.
Een ander voordeel van gebruik van de GS1 Digital Link is dat de informatie eenvoudig kan worden bijgewerkt zonder dat de uiteindelijke code hoeft te worden aangepast. Omdat GS1 Digital Link-codes zichzelf 'omzetten' op basis van geografische locatie en het apparaat waarmee ze worden gescand, kunnen ze bovendien worden aangepast om alleen informatie te verstrekken in regio's waar een DPP verplicht is. En als de regelgeving verandert, kunnen daar andere regio's aan worden toegevoegd.
Conclusie
Het Europese DPP komt eraan, en waarschijnlijk volgen er snel soortgelijke wettelijke verplichtingen in andere regio's. Fabrikanten die in de EU verkopen – en ook fabrikanten die actief zijn in regio's en sectoren waar het DPP momenteel niet van toepassing is – kunnen zich alvast voorbereiden door de GS1 Digital Link te implementeren en in de loop van de tijd de daarin opgenomen gegevens bij te werken en aan te vullen.
Organisaties die het DPP – en mogelijk ook de GS1 Digital Link – nog niet hebben ingevoerd, moeten deskundig advies inwinnen over het printen van variabele data om er zo snel mogelijk mee aan de slag te gaan en de concurrentie voor te blijven.